De Tibetaanse regering in ballingschap en verschillende mensenrechtenorganisaties versterken hun oproepen aan China om Gedhun Choekyi Nyima, de Panchen Lama, vrij te laten. Hij is de op een na hoogste spirituele figuur in het Tibetaans boeddhisme. Dit jaar is het de 30e verjaardag van zijn ontvoering.
Gedhun Choekyi Nyima werd door de Dalai Lama erkend als de 11e Panchen Lama. Kort daarna namen Chinese functionarissen hem, samen met zijn familie en leraar, mee. Ondanks herhaalde oproepen van wereldleiders is zijn verblijfplaats nog steeds onbekend.
De International Campaign for Tibet (ICT) dringt er bij regeringen op aan om China onder druk te zetten voor de vrijlating van de Panchen Lama en om informatie over zijn locatie en gezondheid vrij te geven. Mensenrechtenorganisaties beweren dat de acties van China een poging zijn om de opvolging van de Dalai Lama te controleren. Het Europees Parlement heeft zich ook bij de oproep aangesloten, waarbij leden solidariteit tonen en China oproepen de waarheid over het lot van de Panchen Lama te onthullen.