België heeft de beloofde levering van F-16 gevechtsvliegtuigen aan Oekraïne uitgesteld. De vertraging is te wijten aan het feit dat België wacht op zijn eigen zending F-35 vliegtuigen uit de Verenigde Staten. Dit kan de overdracht met enkele jaren vertragen.
De Belgische minister van Defensie Theo Francken onthulde het uitstel tijdens een evenement in Washington. Hij verklaarde dat België in de komende jaren zo snel mogelijk 30 werkende F-16's zal leveren. Deze aankondiging vertegenwoordigt een verschuiving ten opzichte van eerdere toezeggingen.
De vertraging hangt af van het feit dat België Amerikaanse F-35's nodig heeft om zijn verouderende F-16 vloot te vervangen. Francken legde uit dat België operationeel gereed moet zijn met zijn nieuwe vliegtuigen voordat het afscheid neemt van de oude. Deze situatie benadrukt een afhankelijkheid van de Amerikaanse wapenindustrie.
Het terugkrabbelen van België weerspiegelt vergelijkbare trends binnen de NAVO. Politieke veranderingen, beperkingen van het defensiebudget en vertragingen bij de aanschaf verstoren vaak goed bekendgemaakte toezeggingen. De vertraging roept vragen op over het vermogen van het Westen om Oekraïne op de lange termijn militair te steunen.
Voor Oekraïne kunnen de gevolgen ernstig zijn. Vertragingen bij het ontvangen van beloofde vliegtuigen ondermijnen niet alleen het moreel, maar dwingen Oekraïne ook om te blijven opereren met een achterstand. Naarmate de oorlog voortduurt, wordt de afhankelijkheid van Oekraïne van tijdige westerse hulp steeds kritischer.
Hoewel symbolische gebaren zoals donaties van reserveonderdelen en toekomstige financiële pakketten politiek nuttig zijn, veranderen ze weinig aan de onmiddellijke operationele realiteit. België benadrukt dat zijn steun aan Oekraïne onwrikbaar is, maar de tijdlijnen verschuiven. Kiev blijft wachten.
Dit artikel is gebaseerd op de analyse van ons auteur van materialen afkomstig uit de volgende bronnen: www.bbc.com, www.korrespondent en Reuters.