Prins Harry heeft zijn beroep in het VK verloren met betrekking tot zijn beveiligingsregelingen. De rechtbank handhaafde de beslissing om zijn beveiligingsbehoeften per geval te beoordelen.
Dit vloeit voort uit de beslissing van Harry en Meghan om in 2020 terug te treden als senior royals. Als gevolg hiervan verloren ze de automatische beveiliging die door Britse belastingbetalers werd gefinancierd.
Harry voerde aan dat het gebrek aan consistente beveiliging hem ervan weerhoudt om vaker met zijn gezin het VK te bezoeken. Hij citeerde zorgen over hun veiligheid, verwijzend naar de rol van de media in de dood van zijn moeder en een recente achtervolging door paparazzi in New York.
Hij had eerder geprobeerd om zelf te betalen voor zijn politiebeveiliging, maar dit verzoek werd ook afgewezen. Het ministerie van Binnenlandse Zaken verdedigde zijn aanpak op maat en voerde aan dat deze zijn veranderde status binnen de koninklijke familie weerspiegelt.
Dit is opnieuw een juridische nederlaag voor Harry in zijn pogingen om consistente bescherming in zijn thuisland te garanderen. Hij is ook betrokken geweest bij juridische gevechten met Britse tabloids.