Astronomen houden een grote zonnevlek, aangeduid als AR 4079, nauwlettend in de gaten, omdat deze mogelijk geomagnetische stormen op aarde kan veroorzaken. De zonnevlek, waargenomen eind april en begin mei 2025, beslaat ongeveer 87.000 mijl (140.000 kilometer). De grootte is ongeveer de helft van de zonnevlek die werd waargenomen tijdens de historische Carrington-gebeurtenis van 1859.
AR 4079 bevindt zich momenteel in het midden van het zichtbare oppervlak van de zon, waardoor de kans op een directe impact op de aarde groter wordt als er een zonne-uitbarsting plaatsvindt. Zonnevlammen en coronale massa-ejecties (CME's) uit dit gebied kunnen energie en deeltjes naar de aarde sturen, wat mogelijk geomagnetische verstoringen kan veroorzaken.
Hoewel AR 4079 relatief rustig is geweest, houden wetenschappers het waakzaam in de gaten op tekenen van grote uitbarstingen. Het Space Weather Prediction Center (SWPC) van NOAA zal waarschuwingen afgeven voor elke dreigende geomagnetische storm en deze classificeren van G1 (minor) tot G5 (extreme) op basis van de ernst. Geomagnetische stormen kunnen radiocommunicatie, elektriciteitsnetten en satellietoperaties verstoren en kunnen ook aurora's produceren.
Het ontstaan van de zonnevlek valt samen met het feit dat de zon het zonnemaximum in zijn huidige 11-jarige cyclus nadert, gekenmerkt door toegenomen zonnevlekactiviteit. Wetenschappers blijven AR 4079 observeren om de potentiële impact op het ruimteweer van de aarde beter te begrijpen.
De recente geomagnetische storm van G4-niveau op 16 april 2025 zorgde ervoor dat aurora's veel verder naar het zuiden dan normaal te zien waren.