Beweringen zijn opnieuw opgedoken over vermeende CIA-documenten die een vermeende ontmoeting beschrijven tussen een Amerikaanse inlichtingenofficier en buitenaardse wezens in de woestijn van New Mexico. De vermeende ontmoeting, die zou hebben plaatsgevonden op 25 april 1964, omvatte een drie uur durende uitwisseling van informatie. De FBI houdt echter vol dat deze documenten waarschijnlijk vervalsingen zijn.
Volgens de niet-geverifieerde documenten werd het eerste contact vermoedelijk in 1959 gelegd via Project Sigma, dat in 1954 begon, met behulp van binaire radiosignalen. Een reactie kwam naar verluidt vijf jaar later, waarmee de basis werd gelegd voor de ontmoeting in 1964. De documenten verwijzen ook naar Majestic 12 (MJ-12), een groep wetenschappers en militaire functionarissen die vermoedelijk door president Truman is opgericht na het Roswell-incident in 1947.
MJ-12 was naar verluidt verantwoordelijk voor projecten met betrekking tot buitenaardse communicatie, UFO-onderzoek en de analyse van geborgen ruimtevaartuigen. Project Snowbird, dat vermoedelijk in 1972 werd gelanceerd, testte zogenaamd geborgen buitenaardse vliegtuigen, mogelijk in Area 51. De documenten, die voor het eerst opdoken in 1991 in de Ronald Reagan Library, vermelden figuren als Roscoe Hillenkoetter en Vannevar Bush. Sceptici wijzen op een CIA-memo uit 1953 waarin wordt afgeraden om UFO's in het openbaar te bespreken, wat de controverse nog verder aanwakkert. Het Roswell-incident blijft complottheorieën voeden, ondanks verklaringen die het puin toeschrijven aan een militaire ballon.