Duitsland en Spanje liggen overhoop over de toekomst van de EU-begroting, met aanzienlijke gevolgen voor het belastingbeleid en het internationale bedrijfsleven.
Duitsland, onder bondskanselier Friedrich Merz, pleit voor het handhaven van het huidige uitgavenplafond van 1% van het BBP van de EU en is tegen verdere gezamenlijke Europese schulduitgifte, inclusief een verlenging van de Next Generation-fondsen.
Daarentegen dringt Spanje, onder leiding van Pedro Sánchez, aan op een grotere EU-begroting, mogelijk met een verdubbeling van de huidige omvang, en steunt nieuwe gezamenlijke schulduitgifte om investeringen te financieren, waaronder defensie-uitgaven.
De Duitse positie omvat het prioriteren van defensie binnen de bestaande begroting, met de nadruk op het reorganiseren van prioriteiten in plaats van het verhogen van de totale middelen.
Spanje pleit echter voor investeringen in veiligheid en defensie, gefinancierd door gezamenlijke schulden, om de Europese veiligheid en industriële leiderschap te waarborgen.
Beide landen zijn het eens over het handhaven van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid en regionale steunprogramma's, terwijl Duitsland suggereert structurele fondsen te koppelen aan hervormingen, vergelijkbaar met de Next Generation-fondsen.
De Europese Commissie zal naar verwachting op 17 juli haar voorstel voor de nieuwe meerjarige EU-begroting presenteren, waarmee de onderhandelingen worden ingeleid die unanieme overeenstemming van alle 27 lidstaten vereisen.
Commissaris voor Begroting, Piotr Serafin, verwacht een beperkte ruimte voor begrotingsverhogingen, wat erop wijst dat de Duitse positie mogelijk de overhand krijgt.
De EU zal ook moeten beginnen met het terugbetalen van de gezamenlijke schulden die zijn aangegaan om de Next Generation-fondsen te financieren, geschat op €25 miljard per jaar, vanaf 2028, een tijdlijn die Duitsland steunt, maar die Spanje wil uitstellen.
De Europese Commissie heeft nieuwe EU-brede belastingen voorgesteld om de begroting te financieren, maar de regeringen aarzelen om meer bevoegdheden op dit gebied aan Brussel af te staan.